analytics

6 Conclusies, langdurig flexwerk is slecht voor mensen en economie

Dit schrijft NRC Handelsblad op basis van resultaten van het eerste onderzoek dat het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging, de Burcht.

De overvloedige inzet door het bedrijfsleven van uitzendkrachten, zzp-ers en tijdelijke contracten levert geen duurzaam economisch voordeel op. Op korte termijn helpt flexibilisering bedrijven wel om hun arbeidskosten te verlagen en hun concurrentiepositie te versterken. Maar op langere termijn leidt een grote flexibele schil tot minder innovatie en lagere productiviteit.

De publicatie bestaat uit twee literatuurstudies. 
‘De flexibele werknemer’, van de hand van Martin Olsthoorn, promovendus aan de Universiteit van Amsterdam, inventariseert de sociale gevolgen van verschillende vormen van flexibilisering.
 ‘De flexbalans’ is in opdracht van FNV Bondgenoten en De Burcht geschreven door Ronald Dekker, onderzoeker aan het instituut Reflect van de Universiteit van Tilburg. Hij maakt de balans op van de economische kosten en baten van flexibel werk.



Voor werknemers slaat de balans van onzeker werk al meteen negatief uit. Het gaat niet alleen gepaard met minder werk- en inkomenszekerheid, maar is ook schadelijk voor de gezondheid en kan tot meer ongevallen leiden. Dat zijn de belangrijkste conclusies van het rapport
‘Flexibilisering – De balans opgemaakt’ dat het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging
De Burcht recent heeft uitgebracht.

De belangrijkste conclusies van het rapport zijn:

  1. Onzeker werk kan negatieve gevolgen hebben voor de gezondheid van flexwerkers, vooral laagopgeleiden met een zwakke onderhandelingspositie. Dit hangt samen met een verhoogd risico op ongevallen onder flexwerkers (o.a. bij nachtwerk), maar ook met stress als gevolg van baanonzekerheid en fysiek zwaar werk, waarvoor vaak flexwerkers worden ingeschakeld. 
  2.  Onzeker werk kan een opstap bieden van werkloosheid naar werk en daardoor voor kansarme werklozen perspectief bieden op re-integratie. Echter, de doorstroom naar vast werk is de afgelopen tien jaar afgenomen en er is een serieus gevaar dat men voor langere tijd op precaire arbeid is aangewezen, dat weinig inkomens- en werkzekerheid biedt. 
  3. Voor scholieren en studenten biedt een flexibel contract (zoals uitzendwerk, oproepwerk en kleine deeltijdbanen) een goede mogelijkheid om dagonderwijs en werk te combineren. De werkonzekerheid en het gebrek aan doorstroming vormen voor hen doorgaans geen probleem, doordat zij pas na afstuderen aan een carrière (willen) beginnen. 
  4. Voor moeders met jonge kinderen bieden deeltijdwerk en variabele werktijden de mogelijkheid om betaald werk te combineren met de zorg voor kinderen. Vooral laagopgeleide moeders met een deeltijdbaan of oproepcontract in de detailhandel of de horeca lopen echter het risico te worden opgeroepen op tijden dat zij voor hun kinderen willen zorgen, hetgeen tot stress kan leiden. 
  5. De gevolgen van onzeker werk voor de tweedeling op de arbeidsmarkt zijn niet eenduidig. Flexwerk kan aan kansarme werklozen perspectief op werk bieden. Echter, groei  ervan leidt niet tot een groter aantal banen, maar gaat ten koste van het aantal vaste banen. Dit kan de tweedeling tussen werkenden met een vaste baan enerzijds en flexwerkers en werklozen anderzijds verscherpen. 
  6. Op langere termijn is de balans van voordelen en nadelen van flexwerk negatief. De nadelen voor werknemers zijn evident (vooral doordat minder wordt geïnvesteerd in hun scholing), terwijl ook bedrijven op langere termijn nadelen ondervinden door verlies aan innovatievermogen en concurrentiekracht.

Bron: De Burcht